Grote bedrijven smeden ambitieuze plannen voor vergroening, maar houden te weinig rekening met lokale omstandigheid. Hierdoor worden doelstellingen niet gehaald en zoekt men de toevlucht tot ondoordachte oplossingen. Artificial Intelligence kan helpen om schone technologie adequaat toe te passen, met aandacht voor complex overheidsbeleid en lokale omstandigheden. Hiermee kunnen niet alleen bedrijven, maar ook consumenten geholpen worden om de juiste groene keuzes te maken. Scone CEO Jan-Willem Rombouts legt uit.
Na de overname van mijn vorige bedrijf, gaf ik een poosje leiding aan het wereldwijde productbeheer bij een van de grootste energiebedrijven ter wereld. In die rol sprak ik veel managers over de energietransitie en vaak mondde het uit in een kleine klaagzang. Deze managers en hun bedrijven waren zich heus wel bewust van hun bijdrage aan de opwarming van de aarde, dat was het probleem niet. Velen van hen hadden zelfs ronduit vooruitstrevende doelen gesteld (“CO2-neutraal in 2050” of “tegen 2030 100% hernieuwbare energie gebruiken”) en waren oprecht gemotiveerd om de pijn van de klimaatverandering voor hun kinderen te verzachten.
Het probleem was dat die prachtige doelstellingen meestal elders op een hoofdkantoor elders waren vastgesteld. De uitwerking ervan werd overgelaten aan lokale managers. Die werden zo geconfronteerd met grillig overheidsbeleid, een complexer wordend woud aan cleantech oplossingen en allerlei lokale technische beperkingen. En daar liep het spaak. Het bestuur ver weg had meestal de (taal)kennis noch de behoefte om te begrijpen hoe, bijvoorbeeld, nationale bepalingen ten aanzien het van elektriciteitsnet ervoor zorgden dat een investering in batterijopslag niet het vereiste rendement opleverde.
Dus wat deden deze managers in hun penibele situatie? Wat jij en ik zouden doen: alles om te overleven. Dit leidde meestal tot een potpourri van ad-hoc oplossingen, hen aangeboden door verkopers of opgepikt tijdens een conferentie van de brancheorganisatie: zet wat zonnepanelen op je dak, installeer een warmtekrachtkoppelingscentrale op biogas, maak een deel van je wagenpark elektrisch en investeer in energie-efficiëntie. Natuurlijk werden er duurbetaalde consultants bijgehaald. En die brachten niet altijd de nodige orde in de chaos.
Voor wie dit weet, is er alle reden tot zorg over de enorme ijver waarmee groene beleidsdoelen momenteel worden ingevuld. Neem de de Europese Green Deal, die streeft naar een volledig CO2-neutrale economie in de EU tegen 2050. Zelfs deskundige energiemanagers in bedrijfstakken die onder ETS-toezicht staan, tasten in het duister over hoe ze dit concreet moeten realiseren. Ze beginnen vaak met een inventarisatie van hun huidige CO2-emissie. Geconfronteerd met de enorme omvang van hun voetafdruk, willen ze vervolgens een concreet plan.
Maar zo’n plan maken is gewoon ongelofelijk ingewikkeld. En consultants inhuren alleen is niet genoeg. Gegeven de lange levensduur van vele duurzame energie-installaties, moet je eigenlijk van te voren weten wat de toekomst van overheidsbeleid (belastingen, CO2-prijsstelling, ETS-dekking, stimuleringsmaatregelen) en de kosten van de te nemen maatregelen (kosten van opwekking, opslag, CO2-afvang, grondstoffen) zullen zijn.
Wat hier kan helpen, is slimme en gebruiksvriendelijke software. Zo kunnen de beste oplossingen worden afgestemd op specifieke context en behoeften. Artificial Intelligence biedt een krachtig hulpmiddel om dit op een geautomatiseerde en geoptimaliseerde manier te doen. We zien grote kansen in het faciliteren van de markt voor schone technologie door de context in kaart te brengen (CO2-voetafdruk) en deze te matchen met specifieke oplossingen (WKK met biogas of zonne-energie).
Zonder de ambitie om dit enorme probleem op korte termijn op te lossen, denken we met Scone wel aan een oplossing te kunnen bijdragen. Maar we kiezen ervoor om niet bij de CO2 voetafdruk van bedrijven te beginnen. We beginnen bij de voetafdruk van consumenten. Zodra we zelf een geloofwaardig Path to Zero zijn ingeslagen, kunnen we de volgende stap nemen: onze werkgevers, de bedrijven waarvan we kopen, de steden waar we wonen en onze beleidsmakers uitdagen op de weg naar een duurzame samenleving.